CJMV-padvinderij
De CJMV-padvinderij, opgericht op 19 februari 1927 in Den Haag, officieel de Christelijke Jonge Mannen Padvinders Vereeniging in Nederland, was onderdeel van de Christelijke Jonge Mannen Vereeniging (CJMV). De CJMV was een landelijke protestants-christelijke vereniging voor jonge mannen, die geen formele binding had met een van de protestantse kerkgenootschappen. Het was een lokaal sterk georganiseerde vrijetijdsvereniging met onderverenigingen voor activiteiten zoals zwemmen, musiceren, denksporten, voetbal en dus ook padvinderij. Landelijk was het CJMV aangesloten bij het Nederlandsch Jongelings Verbond (NJV), die als koepelorganisatie fungeerde voor het grootste deel van de jongerenorganisaties van de protestants-christelijke kerkgenootschappen. In 1912 startte vanuit de Amsterdamse Christelijke Jonge Mannen Vereeniging “Excelsior” een padvinderstroep. Dat was het begin van de CJMV-padvinderij in Nederland. Andere grote steden (Utrecht, Rotterdam en Dordrecht) volgden al gauw en in 1915 volgde ook Den Haag. De CJMV-padvinderij was in het begin vooral lokaal georganiseerd als ondervereniging van de plaatselijke CJMV-verenigingen. Als installatieteken droegen de CJMV-padvinders van het eerste uur het wereldteken van de YMCA/CJMV.
Onder leiding van de Haagse dominee Cornelis Ferguson verenigden de CJMV-padvinders zich in 1927 in de landelijke CJMV-padvinderij. Al in 1928 sloot de landelijke CJMV-padvinderij zich federatief aan bij de NPV en ging het volwaardige lidmaatschap van de CJMV over naar een federatieve aansluiting. Op 25 mei 1935 richtten de CJMV-padvinders de Nederlandsche Christelijke Vereeniging van Padvinders (NCVP) op, waarbij de federatieve aansluiting bij de CJMV en de NPV behouden bleef.
