De eerste hopman was de heer L. Hopman. De troep nam in september 1920 de naam De Woudloopers aan[1]. Op 13 januari 1920 werd de heer W. van Spronsen geïnstalleerd als troepleider (hopman)[2]. Op 26 mei 1921 werd het eenjarig bestaan gevierd met onder andere de opvoering van het stuk Het Spreekuur van den Troepleider, dat speciaal voor de troep geschreven was door J.J.H. Martijn[3]. Het zomerkamp van 1921 was in het bos tussen De Bilt en Den Dolder[4]. Vanaf 1 november 1924 beschikt de troep samen met de 1ste Haagse troep over een eigen clublokaal aan de Lijsterbesstraat.[5]. In 1933 sloot de groep zich aan bij de Unie van Nederlandsche Padvinders, daarin was zij de eerste Haagse troep.