John de Jong: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 11: | Regel 11: | ||
John werd geboren als zoon van Broer de Jong, Predikant van de Nederlands Hervormde Kerk. | John werd geboren als zoon van Broer de Jong, Predikant van de Nederlands Hervormde Kerk. | ||
In 1930 | In 1925 gaat hij in Delft werktuigbouwkunde studeren<ref>[https://lib.tudelft.nl/mscans/mscans0044 Jaarboek van de Technische Hoogeschool te Delft, jrg. , 1925]</ref>. Hij wordt daar lid van de [[Delftsche Zwervers]]. In 1927 wordt hij vaandrig van troep 2 in Rijswijk<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002320011:00034 De padvinder; algemeen orgaan voor de Vereeniging "De Nederlandsche Padvinders", jrg 13, 1927, no 11, 1927]</ref> In mei 1930 wordt hij benoemd tot assistent districtscommissaris Verkenners van Rotterdam, later in het jaar bedankt hij weer voor deze functie<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002348004:00047 De verkenner; off. orgaan voor de Padv. Beweging in Nederland, jrg 16, 1930, no 5, 1930]</ref><ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002323005:00010 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 15, 1931, no 4, 1931]</ref>. In januari 1935 vervalt zijn volmacht als waarnemend districtscommissaris van Amsterdam<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002328001:00015 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 1, 1935]</ref>. In maart 1935 krijgt hij zijn volmacht als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002328003:00013 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 3, 1935]</ref>. Hij leidde de organisatie van het vierde [[Winterlaer]] in januari 1937<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002335001:00016 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 22, 1937, no 1, 1937]</ref>. Hij organiseerde mede de [[Landelijke ScoutingWedstrijden|pinksterwedstrijden]] van 1938<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002336006:00003 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 6, 1938]</ref>. In juni 1938 neemt hij afscheid als districtscommissaris van Rotterdam, maar blijft aan als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training en als hoofdtrainer van de [[Voortrekkers]][[Gilwellcursus|leiderscursus]] van dat jaar<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002336007:00004 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 7, 1938]</ref>. Tot september 1940 is hij assistent hoofdkwartiercommissaris voor training, samen met [[Jan Schaap]] en [[Harry Spijkerman]] en ADC voor Voortrekkers van Utrecht<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002338007:00023 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 26, 1940, no 8, 1940]</ref> | ||
In januari 1935 vervalt zijn volmacht als waarnemend districtscommissaris van Amsterdam<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002328001:00015 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 1, 1935]</ref>. | |||
In maart 1935 krijgt hij zijn volmacht als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002328003:00013 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 3, 1935]</ref>. | |||
Hij leidde de organisatie van het vierde [[Winterlaer]] in januari 1937<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002335001:00016 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 22, 1937, no 1, 1937]</ref>. | |||
Hij organiseerde mede de [[Landelijke ScoutingWedstrijden|pinksterwedstrijden]] van 1938<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002336006:00003 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 6, 1938]</ref>. | |||
In juni 1938 neemt hij afscheid als districtscommissaris van Rotterdam, maar blijft aan als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training en als hoofdtrainer van de [[Voortrekkers]][[Gilwellcursus|leiderscursus]] van dat jaar<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002336007:00004 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 7, 1938]</ref>. Tot september 1940 is hij assistent hoofdkwartiercommissaris voor training, samen met [[Jan Schaap]] en [[Harry Spijkerman]] en ADC voor Voortrekkers van Utrecht<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002338007:00023 Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 26, 1940, no 8, 1940]</ref> | |||
[[File:Vrije jacht 15-04-1941.jpg|[[Ton Koot]] in het eerste nummer van [[Vrije Jacht]] waarschuwt voor John de Jong.|thumb]] | [[File:Vrije jacht 15-04-1941.jpg|[[Ton Koot]] in het eerste nummer van [[Vrije Jacht]] waarschuwt voor John de Jong.|thumb]] | ||
| Regel 33: | Regel 27: | ||
Waarom hij zich aansloot bij de NSB en de Jeugdstorm is niet bekend maar bij de NSB dacht hij zijn niet algemene maar heel begrijpelijke mening over arbeid, arbeiders en arbeidsgeluk terug te vinden<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011117900:mpeg21:a0167 Nieuwe tijd en techniek, Het volk : dagblad voor de arbeiderspartij, 28-06-1941]</ref>. Eind 1940 was het al heel duidelijk dat op korte termijn Scouting in Nederland zou verdwijnen en vervangen worden door de Jeugdstorm. Of hij vervolgd is na afloop van de tweede wereldoorlog is op het moment niet te vinden<ref>De archieven van de bijzondere rechtspleging worden pas openbaar in 2025.</ref> | Waarom hij zich aansloot bij de NSB en de Jeugdstorm is niet bekend maar bij de NSB dacht hij zijn niet algemene maar heel begrijpelijke mening over arbeid, arbeiders en arbeidsgeluk terug te vinden<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011117900:mpeg21:a0167 Nieuwe tijd en techniek, Het volk : dagblad voor de arbeiderspartij, 28-06-1941]</ref>. Eind 1940 was het al heel duidelijk dat op korte termijn Scouting in Nederland zou verdwijnen en vervangen worden door de Jeugdstorm. Of hij vervolgd is na afloop van de tweede wereldoorlog is op het moment niet te vinden<ref>De archieven van de bijzondere rechtspleging worden pas openbaar in 2025.</ref> | ||
Op woensdag 28 november 1951 | Op woensdag 28 november 1951 promoveerde hij op het proefschrift "ONDERZOEKINGEN NAAR DE NAUWKEURIGHEID VAN TIJDNORMEN VOOR MENSELIJKE ARBEID" aan de Technische Hogeschool Delft<ref>[https://repository.tudelft.nl/islandora/object/uuid:17d94282-d80d-4efd-9f0e-1c393afc4ae7/datastream/OBJ/download proefschrift]</ref>. Tot zijn pensioen werkte bij het Raadgevend Bureau Ir. B.W. Berenschot. Op woensdag 29 november 1972 ontvangt hij in Londen uit handen van prins Philip de Gilbreth Award. Hij kreeg de onderscheiding voor zijn werk op het gebied van de wetenschap van de arbeidskunde. Hij deed met name onderzoek naar prestatie en arbeidsbelasting, leerprocessen, waarnemingsmethoden en participatie-modellen, ploegenarbeid en part-time werk. | ||
Op woensdag 29 november 1972 ontvangt hij in Londen uit handen van prins Philip de Gilbreth Award. Hij kreeg de onderscheiding voor zijn werk op het gebied van de wetenschap van de arbeidskunde. Hij deed met name onderzoek naar prestatie en arbeidsbelasting, leerprocessen, waarnemingsmethoden en participatie-modellen, ploegenarbeid en part-time werk. | |||
==externe links== | ==externe links== | ||
| Regel 41: | Regel 34: | ||
https://gw.geneanet.org/schapekoppen?lang=nl&iz=72173&p=jeannine+wilhelmina+christine&n=snijder+van+wissenkerke | https://gw.geneanet.org/schapekoppen?lang=nl&iz=72173&p=jeannine+wilhelmina+christine&n=snijder+van+wissenkerke | ||
{{bron}} | |||
Versie van 26 mrt 2021 12:28
Dr. ir. John de Jong was assistent hoofdkwartiercommissaris voor training, Deputy Camp Chief, Districtscommissaris van Rotterdam bij de NPV, Hoofd Jongerenkwartier bij de Nationale Jeugdstorm, arbeidskundige en ergonoom.
John werd geboren als zoon van Broer de Jong, Predikant van de Nederlands Hervormde Kerk.
In 1925 gaat hij in Delft werktuigbouwkunde studeren[1]. Hij wordt daar lid van de Delftsche Zwervers. In 1927 wordt hij vaandrig van troep 2 in Rijswijk[2] In mei 1930 wordt hij benoemd tot assistent districtscommissaris Verkenners van Rotterdam, later in het jaar bedankt hij weer voor deze functie[3][4]. In januari 1935 vervalt zijn volmacht als waarnemend districtscommissaris van Amsterdam[5]. In maart 1935 krijgt hij zijn volmacht als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training[6]. Hij leidde de organisatie van het vierde Winterlaer in januari 1937[7]. Hij organiseerde mede de pinksterwedstrijden van 1938[8]. In juni 1938 neemt hij afscheid als districtscommissaris van Rotterdam, maar blijft aan als assistent hoofdkwartiercommissaris voor training en als hoofdtrainer van de Voortrekkersleiderscursus van dat jaar[9]. Tot september 1940 is hij assistent hoofdkwartiercommissaris voor training, samen met Jan Schaap en Harry Spijkerman en ADC voor Voortrekkers van Utrecht[10]
Vanaf december 1940 (of eerder) is hij instructeur op de landelijke kadercursussen van de Nationale Jeugdstorm[11]In 1942 is hij lid van de staf van de Jeugdstorm als Hoofd Jongerenkwartier en verder is hij hoofd van de afdeling Veldwerk[12]. Onder veldwerk werd een meer militaristische en meer competitieve variatie op Scoutingtechnieken verstaan. In September 1943 lijkt het aantal stafleden van de Jeugdstorm sterk verminderd en maakt hij er geen deel meer van uit, ook niet in de laag er vlak onder[13] In 1944 zit hij nog wel in de beoordeelingsraad van het Technisch Gilde, een landelijke beroepsorganisatie voor ingenieurs, vergelijkbaar met het huidige Koninklijk Instituut van Ingenieurs (KIVI)[14].
|
Waarom hij zich aansloot bij de NSB en de Jeugdstorm is niet bekend maar bij de NSB dacht hij zijn niet algemene maar heel begrijpelijke mening over arbeid, arbeiders en arbeidsgeluk terug te vinden[15]. Eind 1940 was het al heel duidelijk dat op korte termijn Scouting in Nederland zou verdwijnen en vervangen worden door de Jeugdstorm. Of hij vervolgd is na afloop van de tweede wereldoorlog is op het moment niet te vinden[16]
Op woensdag 28 november 1951 promoveerde hij op het proefschrift "ONDERZOEKINGEN NAAR DE NAUWKEURIGHEID VAN TIJDNORMEN VOOR MENSELIJKE ARBEID" aan de Technische Hogeschool Delft[17]. Tot zijn pensioen werkte bij het Raadgevend Bureau Ir. B.W. Berenschot. Op woensdag 29 november 1972 ontvangt hij in Londen uit handen van prins Philip de Gilbreth Award. Hij kreeg de onderscheiding voor zijn werk op het gebied van de wetenschap van de arbeidskunde. Hij deed met name onderzoek naar prestatie en arbeidsbelasting, leerprocessen, waarnemingsmethoden en participatie-modellen, ploegenarbeid en part-time werk.
externe links[bewerken | brontekst bewerken]
Bronnen en referenties
- ↑ Jaarboek van de Technische Hoogeschool te Delft, jrg. , 1925
- ↑ De padvinder; algemeen orgaan voor de Vereeniging "De Nederlandsche Padvinders", jrg 13, 1927, no 11, 1927
- ↑ De verkenner; off. orgaan voor de Padv. Beweging in Nederland, jrg 16, 1930, no 5, 1930
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 15, 1931, no 4, 1931
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 1, 1935
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 19, 1935, no 3, 1935
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 22, 1937, no 1, 1937
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 6, 1938
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 24, 1938, no 7, 1938
- ↑ Weest paraat; officiëel orgaan van de Nederlandsche Padvinders, jrg 26, 1940, no 8, 1940
- ↑ De stormmeeuw; orgaan van de Nationale Jeugdstorm, jrg 7, 1941, Deel: Louwmaand, no 1, 1941
- ↑ Nationaal-socialistisch jaarboek, jrg 1, 1942, 1942
- ↑ Jeugdstorm zakboek 1944
- ↑ Nationaal-socialistische almanak, jrg 3, 1944, 1944
- ↑ Nieuwe tijd en techniek, Het volk : dagblad voor de arbeiderspartij, 28-06-1941
- ↑ De archieven van de bijzondere rechtspleging worden pas openbaar in 2025.
- ↑ proefschrift
