Vässarö Scout Centre
Vässarö Scout Centre is een scoutingeiland in Zweden. Het eiland ligt in de Zweedse archipel, ongeveer 140 km (= 14 Zweedse mijlen) ten noordnoordoosten van Stockholm, ongeveer halverwege de plaatsen Grissleham en Öregrund. Vässarö is ongeveer 1,5 km breed en 2,5 km lang. Tegen Vässarö aan liggen nog drie kleinere eilanden, waarvan er twee te voet bereikbaar zijn via ondiep water of een simpele brug, en in totaal zo'n 100 kleine eilandjes, variërend van begroeide mini-eilandjes tot grote rotsblokken. Deze maken deel uit van het scoutingterrein, dat sinds 1942 eigendom is van het Stockholm Scout District. Vässarö is het grootste jeugdkampeerterrein in Zweden.
Vässarö is per boot bereikbaar vanaf Ellan, een gehucht op het eiland Singö, dat door bruggen via een aantal eilanden met het vasteland verbonden is. Het dichtstbijzijnde 'echte' dorp (voor Nederlandse begrippen) is het havenstadje Grissleham, waar een boot naar Finland vertrekt. Het scoutcentrum beschikt zelf over een vloot van drie schepen, die de verbinding met het vasteland onderhouden: de Grisslan, de Malan en de Tärnan (van groot naar klein). De bootreis van de steiger bij Ellan naar de haven van Vässarö (Djuphamn)duurt circa drie kwartier.
Het eiland bestaat grotendeels uit nagenoeg ongerepte natuur. Vaak gaat het om bossen bezaaid met heel veel vaak platte rotsen en daartussen wat nattere, moerasachtige plekken. Die bossen zijn soms via smalle paadjes toegankelijk, soms kun je ze springend van rots tot rots ontdekken, maar soms zijn ze ook gewoon bijna ondoordringbaar. De hoogte varieert van zeeniveau tot rotsen van zo'n 20 meter hoog. Midden in de bossen liggen zeven velden waar gekampeerd kan worden. Het zijn de oude weilanden van de boerderijen die op het eiland hebben gestaan. De grootte van die velden varieert van een klein veld voor één groep tot een centraal veld van zo'n 200 bij 300 meter. Op de meeste velden staan meerdere groepen bij elkaar. Op veel plaatsen op het eiland kun je aan zee komen. De kust bestaat uit rotsblokken en een aantal kleine strandjes.
Centraal op het eiland ligt Tunet. Daar staat twee voormalige boerderijen met bijgebouwen, waar nu de staf gehuisvest is. In de boerderijen zitten de kantoren en het programmabureau, in de bijgebouwen zijn meestal slaapplaatsen voor de staf te vinden. In de zomer heeft het eiland een permanente staf, bestaande uit zo'n 60 vrijwilligers en enkele beroepskrachten. Bij Tunet ligt het grote centrale veld, met daar omheen de kapel, de werkplaats, de shop, het tractorcentrum, de grote eetzaal met de centrale keuken en voorraadruimten en het circus.
Aan de noordoostzijde van het eiland ligt een grote baai, Fladan genaamd, van waaruit alle wateractiviteiten plaatsvinden. Daar is ook een met kabels afgebakend zwemgedeelte voor de jongere kinderen. Verder vind je in Fladan het boothuis, de zeilbotensteiger met het stafhuisje voor wateractiviteiten en kano's. Fladan is door een groot aantal kleinere eilanden van open zee afgescheiden.
Om een beetje een idee te hebben waar het terrein precies ligt: Vanaf Utrecht is het ongeveer 1550 km rijden naar de stijger bij Ellan, vanaf Antwerpen is het ongeveer 1670 km. Het terrein is ook met de bus (vanuit Stockholm) te bereiken. Dat neemt wel wat tijd in beslag.
