Dora Lignac
Dora Lignac was een Nederlandse politie- en justitiefunctionaris, gespecialiseerd in zeden- en kinderpolitiewerk. Bij De Nederlandse Padvinders was zij hoofdkwartiercommissaris voor BE-padvinders.
Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]
Zij behaalde in 1930 het diploma gymnasium-alpha in Den Haag. Zij was van 1937 tot 1951 werkzaam bij de Haagse kinderpolitie, lange tijd in de rang van agente, ondanks haar inspecteursdiploma. Haar promotie naar de rang van inspecteur werd tijdens de Tweede Wereldoorlog tegengehouden door de Duitse bezettingsautoriteiten. Omdat de Leidse universiteit al in 1940 gesloten was door de bezettingsautoriteiten, legde zij 1943 en 1944 clandestien tentamens rechten af aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zij studeerde een maand na de bevrijding formeel af. Haar proefschrift ging verloren door de brand veroorzaakt door het bombardement op het Bezuidenhout in Den Haag, zodat ze dat opnieuw moest schrijven. Zij promoveerde in 1951 cum laude op het proefschrift 'De kinderpolitie in Nederland en daarbuiten'.
Vanwege haar ervaring als maatschappelijk werkster kreeg zij met ingang van 10 mei 1945 de leiding over de vrouwenafdeling van de strafgevangenis in Scheveningen. In de rang van kapitein van het Militair Gezag was zij commandant van de Centrale Verzamelbewaarplaats waar vrouwelijke politiek delinquenten werden opgesloten. Ondersteund door zeven officieel aangestelde bewaaksters, padvinders en reclasseringsambtenaren werd een sociaal programma opgesteld om de gevangenen voor te bereiden op terugkeer in de maatschappij.
Vanaf 15 oktober 1945 bekleedde Lignac bij de Bijzondere Rechtspleging de functie van sociaal inspectrice voor de bijzondere vrouwenkampen en vrouwengevangenissen. Gelijktijdig was zij bestuurslid van de Stichting Toezicht Politiek Delinquenten. In 1947 keerde zij terug naar de Haagse kinder- en zedenpolitie waar ze waarnemend hoofd werd in de rang van inspecteur. In 1948 was zij enige tijd lid van de Sociale Commissie van de Verenigde Naties met als specialisatie jeugdcriminaliteit. Na voltooiing van haar dissertatie in juni 1951 ging ze werken bij het ministerie van Justitie, waar ze zou opklimmen tot adjunct-directiehoofd. Zij werd in 1965 enige weken ter beschikking gesteld van de Surinaamse regering om deze te adviseren over de reorganisatie van de Kinderbescherming en de Voogdijraad. Eén dag na haar honderdste verjaardag overleed Dora Lignac op 14 mei 2010.
Scouting[bewerken | brontekst bewerken]
Vanaf de jaren '30 van de vorige eeuw is zij actief in scouting. In 1932 kreeg ze haar volmacht voor assistent-welpenleidster en in 1935 voor welpenleidster. In elk geval vanaf 1935 was ze actief voor gehandicapte padvinders. In 1940 wordt zij assistent-hoofdkwartiercommissaris voor gehandicapte padvinders[1] bij de NPV en vanaf 1947 hoofdkwartiercommissaris[2].
Bronnen en referenties
- www.wiewaswie.nl
- www.archieven.nl (dossiers NIOD)
- Vrouwen van kaliber: politievrouwen in de twintigste eeuw, Nelleke Manneke, 1998