John de Jong
Dr. ir. John de Jong was assistent-hoofdkwartiercommissaris voor training, Deputy Camp Chief, Districtscommissaris van Rotterdam bij de NPV, Hoofd Jongerenkwartier bij de Nationale Jeugdstorm, arbeidskundige en ergonoom.
Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]
John werd als oudste zoon van Broer de Jong, toen predikant van de Nederlands-hervormde kerk in Helenaveen bij Deurne, geboren. Hij werd genoemd naar de leiders van het Quaker Woodbrooke College John Stephenson Rowntree en James Rendel Harris. Zijn grootmoeder was een zus van Vincent van Gogh. In 1924 haalde hij zijn diploma aan het Lyceum te Zutphen[1]. In 1925 ging hij in Delft werktuigbouwkunde studeren[2]. Op 29 december 1941 trouwde hij met Jeannine Snijder van Wissenkerke. Begin jaren dertig was zij actief geweest bij het Nederlandse Padvindstersgilde als kabouterleidster[3]. Later was ze actief in het maatschappelijk werk. In de Tweede wereldoorlog was ze leidster van de jeugduitzendingen op de radio en schreef voor diverse nationaal-socialistische vrouwen- en opvoedbladen en enige kinderboeken[4][5]. Van 1948 tot zijn pensioen werkte hij bij het Raadgevend Bureau Ir. B.W. Berenschot[6]. Op woensdag 28 november 1951 promoveerde John op het proefschrift 'Onderzoekingen naar de Nauwkeurigheid van Tijdnormen voor Menselijke Arbeid' aan de Technische Hogeschool Delft[7]. Op woensdag 29 november 1972 ontvangt hij in Londen uit handen van prins Philip de Gilbreth Award. Hij kreeg de onderscheiding voor zijn werk op het gebied van de wetenschap van de arbeidskunde. Hij deed met name onderzoek naar prestatie en arbeidsbelasting, leerprocessen, waarnemingsmethoden en participatiemodellen, ploegenarbeid en part-time werk[8]. De VOA, vereniging voor bedrijfskunde had een prijs naar hem genoemd[9].
Scouting[bewerken | brontekst bewerken]
In 1921 richtte zijn vader een protestants-christelijke padvindersgroep op in Ellecom, gemeente Rheden en ging deze ook leiden. John werd hier waarschijnlijk ook lid van. Hij werd tijdens zijn studie lid van de Delftsche Zwervers. In 1927 werd hij vaandrig van de Rijswijkse Troep 2[10]. In mei 1930 werd hij benoemd tot assistent-districtscommissaris voor verkenners in Rotterdam, later in het jaar bedankte hij weer voor deze functie[11][12]. Tot januari 1935 was hij waarnemend districtscommissaris van Amsterdam[13]. In maart 1935 krijgt hij zijn volmacht als assistent-hoofdkwartiercommissaris voor training[14]. Hij leidde de organisatie van het vierde Winterlaer in januari 1937[15]. Hij was een van de assistenten van de jamboreeleiding in 1937[16]. Hij organiseerde mede de pinksterwedstrijden van 1938[17]. In juni 1938 neemt hij afscheid als districtscommissaris van Rotterdam, maar blijft aan als assistent-hoofdkwartiercommissaris voor training en als hoofdtrainer van de Voortrekkersleiderscursus van dat jaar[18]. Tot september 1940 was hij assistent-hoofdkwartiercommissaris voor training, samen met Jan Schaap en Harry Spijkerman en assistent-districtscommissaris voor voortrekkers in Utrecht[19].
Boeken[bewerken | brontekst bewerken]
Nationale Jeugdstorm[bewerken | brontekst bewerken]
In 1936 gaf hij een lezing met lichtbeelden over Sven Hedin[22], een Zweeds ontdekkingsreiziger die toen al samenwerkte met de nazi's[23]. Ook in het eerste hoofdstuk van zijn boek "Verkenningen met het vizierkompas" uit 1936 gaf hij ruim aandacht aan zijn bewondering voor Sven Hedin. Eind 1940 was het al heel duidelijk dat op korte termijn Scouting in Nederland zou verdwijnen en vervangen worden door de Jeugdstorm[24]. Vanaf december 1940 (of eerder) was hij instructeur op de landelijke kadercursussen van de Nationale Jeugdstorm[25]. Vanaf mei 1941 gaf hij geregeld lezingen bij bijeenkomsten van het Technisch Gilde, een landelijke beroepsorganisatie voor ingenieurs, qua functie vergelijkbaar met het huidige Koninklijk Instituut van Ingenieurs (KIVI)[26]. In 1942 was hij lid van de staf van de Jeugdstorm als hoofd Jongerenkwartier en verder was hij hoofd van de afdeling Veldwerk[27]. Onder veldwerk werd een meer militaristische en meer competitieve variatie op scoutingtechnieken verstaan. In september 1943 lijkt het aantal stafleden van de Jeugdstorm sterk verminderd en maakte hij er geen deel meer van uit, ook niet in de laag er direct onder[28]. In 1944 zat hij nog wel in de beoordeelingsraad van het Technisch Gilde[29].
|
Na de Tweede Wereldoorlog[bewerken | brontekst bewerken]
De exacte reden waarom hij zich aansloot bij de NSB en de Jeugdstorm is niet bekend, maar bij de NSB dacht hij zijn niet algemene maar goed onderbouwde mening over arbeid, arbeiders en arbeidsgeluk terug te vinden[30][8]. Of hij vervolgd is na afloop van de Tweede Wereldoorlog, is nu nog niet openbaar[31]. Zijn vrouw kreeg een publicatieverbod tot 1 november 1948 opgelegd door de Ereraad voor Letterkunde[32].
Externe links[bewerken | brontekst bewerken]
Bronnen en referenties
- ↑ Dominee Broer de Jong, predikant van Ellecom en De Steeg
- ↑ Jaarboek van de Technische Hoogeschool te Delft, jaargang, 1925
- ↑ De padvindster, jaargang 7, 1932-1933, nummer 9, 8 oktober 1932
- ↑ De Nationaal-Socialistische vrouw, jaargang 2, 1942, Deel: Slachtmaand, nummer 18, 1 november 1942
- ↑ KB Catalogus
- ↑ NRC Handelsblad, 15 augustus 1994
- ↑ proefschrift
- ↑ 8,0 8,1 Voordeel van de lopende band heeft grenzen, Algemeen Dagblad, 28 november 1972
- ↑ Familiebericht, NRC Handelsblad, 16 augustus 1994
- ↑ De Padvinder, jaargang 13, 1927, nummer 11, 1927
- ↑ De Verkenner, jaargang 16, 1930, nummer 5, 1930
- ↑ Weest Paraat, jaargang 15, 1931, nummer 4, 1931
- ↑ Weest Paraat, jaargang 19, 1935, nummer 1, 1935
- ↑ Weest Paraat, jaargang 19, 1935, nummer 3, 1935
- ↑ Weest Paraat, jaargang 22, 1937, nummer 1, 1937
- ↑ Jamboree logboek 1937
- ↑ Weest Paraat, jaargang 24, 1938, nummer 6, 1938
- ↑ Weest Paraat, jaargang 24, 1938, nummer 7, 1938
- ↑ Weest Paraat, jaargang 26, 1940, nummer 8, 1940
- ↑ De Verkenner, jaargang 19, 1933, nummer 8, 1933
- ↑ "De huifkar"; algemeen maandblad van en voor voortrekkers der Nederlandsche Padvindersbeweging, jaargang 4, 1936, nummer 40, 1936
- ↑ "De huifkar"; algemeen maandblad van en voor voortrekkers der Nederlandsche Padvindersbeweging, jaargang 4, 1936, nummer 35
- ↑ Artikel Sven Hedin op de Nederlandstalige Wikipedia
- ↑ Scouting en de Nationale Jeugdstorm, Piet Kroonenbergs Padvinderskroniek
- ↑ De stormmeeuw; orgaan van de Nationale Jeugdstorm, jaargang 7, 1941, Deel: Louwmaand, nummer 1, 1941
- ↑ Het nationale dagblad : voor het Nederlandsche volk 29 mei 1941
- ↑ Nationaal-socialistisch jaarboek, jaargang 1, 1942, 1942
- ↑ Jeugdstorm zakboek 1944
- ↑ Nationaal-socialistische almanak, jaargang 3, 1944, 1944
- ↑ Nieuwe tijd en techniek, Het Volk, 28 juni 1941
- ↑ De archieven van de bijzondere rechtspleging worden pas openbaar in 2025
- ↑ Schrijvers, uitgevers en hun collaboratie. Deel 3A De kleine collaboratie