Prins Bernhard
Bernhard Leopold Frederik Everhard Julius Coert Karel Godfried Pieter, Prins der Nederlanden, Prins van Lippe-Biesterfeld en beter bekend als Prins Bernhard (28 of 29 juni 1911-1 december 2004) was Koninklijk Commissaris van scouting in Nederland.
Huwelijk[bewerken | brontekst bewerken]
In 1937 trouwde Prins Bernhard met Prinses Juliana.
Bezoek Wereldjamboree[bewerken | brontekst bewerken]
In het jaar van zijn huwelijk vond de 5e Wereldjamboree plaats te Vogelenzang. Bernhard en Juliana brachten veel officiële en onofficiële bezoeken aan het internationale kamp. Hierbij werden ze vergezeld door Prins Gustaf Adolf, de Chief Scout van Zweden.
Koninklijk Commissaris[bewerken | brontekst bewerken]
Prins Bernhard werd door Gustaf Adolf en Robert Baden-Powell gevraagd voor de functie van Koninklijk Commissaris van Scouting in Nederland. Dit bleef hij tot 8 april 1989[1][2].
Afscheiding Katholieke Verkenners[bewerken | brontekst bewerken]
In 1937, vlak na de Wereldjamboree in Nederland, besloot de Nederlandse Rooms-Katholieke kerkleiding dat de katholieke jeugd niet onder leiding kan staan van een vereniging waarvan het bestuur niet geheel uit katholieken bestond. De katholieke scouts konden niet langer lid blijven van de NPV. Ze richtte een eigen landelijke vereniging op: de Katholieke Verkenners (KV).
Hierdoor raakte de eenheid verloren. Eenheid was een van de idealen van Robert Baden-Powell en die eenheid was nu juist bewerkstelligd door Prins Hendrik. Het andere probleem was dat het Internationale Bureau (WOSM) slechts één landelijke vereniging voor scouting en één voor guiding erkent. Katholieke padvinders mochten zich feitelijk geen scouts meer noemen.
Na overleg met de koninklijk commissaris Prins Bernhard, Robert Baden-Powell, de NPV en het Internationale Bureau kwam men met een oplossing. Beide verenigingen konden bestaan en vormden een federatie: de Nationale Padvindersraad, welke werd erkend door het Internationaal Bureau. Prins Bernhard had dit liever voorkomen, net als eigenlijk iedereen, maar het was de enige oplossing.
Oorlogsjaren[bewerken | brontekst bewerken]
Tijdens de bezetting van 1940 strandde een aantal scouts in Engeland. Zij verenigde zich tot de TVNP, de Tijdelijke Vereniging van Nederlandse Padvinders. Prins Bernhard nam hierover de leiding. Omdat scouting door de nazi's verboden werd maakten de leden van de TVNP dassen en armbanden met de woorden 'Scout en Padvinder', omdat verwacht werd dat niemand bij de bevrijding in uniform zou kunnen verschijnen. Het tegendeel bleek waar te zijn, want bijna geen enkele scout leverde zijn uniform in. De dassen die overbleven werden later door de koninklijk commissaris als onderscheiding weggegeven aan scouts die in het verzet hielpen.
Na de oorlog[bewerken | brontekst bewerken]
Ook na de bezetting bleef Prins Bernhard actief betrokken bij scouting, totdat in 1981 prins Claus de meeste werkzaamheden overnam. Hij legde zijn functie officieel neer in 1989[3]. Na Prins Bernhard waren er geen Koninklijk Commissarissen meer.