Scouting Tekakwitha Zeeverkenners
Scouting Tekakwitha Zeeverkenners is een waterscoutinggroep in Utrecht.
Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
De groep is in 1936 opgericht[1][2] en is daarmee de oudste zeeverkennersgroep van Utrecht. De vernoeming van de groep naar een heilige vermoedt dat groep behoorde tot de Katholieke Verkenners. Er zijn vermeldingen van de groep in Weest Paraat van mei 1937[3] en mei 1938[4]; leiders werden vermeld voor het behalen van hun volmachten. De groep begon klein met een werfkelder aan een gracht en een houten roeiboot, een zogenaamde pieremegochel. Tijdens de oorlog werden scoutingverenigingen verboden door de bezetter, maar na de oorlog werd de draad weer opgepakt. In 1956 werden de eerste lelievletten aangeschaft, dit waren de nummers 4, 5 en 6. De "4" is nog steeds in het bezit van de groep.
Groepshuis[bewerken | brontekst bewerken]
De groep was eens heel groot en de opkomsten werden gedraaid op de oude houten mijnenveger Hr. Ms. Marken, die bij de Muntsluis een ligplaats had. Na een omzwerving bij de Noordersluis is de groep sinds 1975 gevestigd op het werfterrein aan de Jutfaseweg. Eerst werd er nog de oude brugwachterswoning 'gekraakt'; later werd een noodgebouw geplaatst afkomstig van het werkeiland Neeltje Jans (van de Deltawerken in Zeeland), wat tot 2014 heeft dienstgedaan. In 2014 is, na vele jaren voorbereiding en plannen maken, een nieuw werfgebouw geplaatst op het werfterrein. Achtereenvolgens heeft de groep de volgende groepshuizen gehad:
- Kelder Oude Gracht 21
- Werfkelder Nieuwe Gracht
- Wachtschip Hr.Ms. M 863 Marken II bij Sluis Oog in Al, tegenover de Munt in de dode sluisarm.
- 1963 De Punt bij de Noordersluis, Jutphaas.
- 1967 Op de zuidelijke plas van de Liesbosch.
- 1975 Werf aan de Jutphaseweg.
- 2014 Nieuw werfgebouw Jutphaseweg 212 a
Groepsnaam[bewerken | brontekst bewerken]
De groep is vernoemd naar Kateri Tekakwitha[5]; de sleper van de groep draagt haar voornaam. Zij werd rond 1656 geboren in Ossernon in het land van de Iroquois, wat tegenwoordig in de Amerikaanse staat New York ligt. Haar vader Kenneronkwa was een stamhoofd van de Mohikanen en haar moeder Tagaskouita was een christelijke Algonkin. Na de dood van haar ouders bij een uitbraak van de pokken werd Tekakwitha geadopteerd door haar oom. Tekakwitha leefde in een tijd dat de Mohikanen regelmatig in contact kwamen met Nederlandse en Franse kolonisten. Na een aanval van de Fransen in 1666 werden de Mohikanen, als onderdeel van het vredesakkoord, gedwongen Jezuïeten in hun dorpen toe te laten. Nadat Tekakwitha al eerder in contact was gekomen met deze monniken bestudeerde zij in de lente van 1675 christelijke boeken met pater Jacques de Lamberville, waarna zij zich op 18 april 1676 liet dopen. Na haar bekering werd zij al snel vijandelijk behandeld door andere Mohikanen. Zij beschuldigden haar van hekserij en promiscuïteit, waarna pater Lamberville haar aanraadde naar Kahnawake, een dorp van de Jezuïeten ten zuiden van het huidige Montreal in Canada, te vluchten. Hier aangekomen leefde Tekakwitha vol toewijding aan God en in kuisheid, waarbij zij vaak aan zelfkastijding deed om de zonden van haar volk uit te wissen. Na haar dood op 17 april 1680 werden verschillende wonderen en geneeskundige krachten aan Tekakwitha toegeschreven. Zo zouden na haar overlijden de pokkenlittekens op haar gezicht verdwenen zijn en zouden een aantal nonnen en monniken haar geest hebben gezien. Een stuk hout van haar kist genas in de 18e eeuw een jongetje van de pokken en zelfs in 2006 zou een bot van Tekakwitha nog een Indiaans jongetje hebben genezen van een vleesetende bacterie. Vanwege deze wonderen, en haar algehele vroomheid, werd Kateri Tekakwitha in 1980 al zalig- en op 21 oktober 2012 heilig verklaard.
Groepsdas[bewerken | brontekst bewerken]
De das van de groep is blauw.
Speltakken[bewerken | brontekst bewerken]
De groep heeft de volgende speltakken[6]:
- Welpen - van 7 tot en met 11 jaar
- Junioren - van 11 tot en met 15 jaar
- Wilde Vaart - van 16 tot en met 18 jaar
- Stam - vanaf 18 jaar
Activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]
De groep doet mee aan ... en organiseert ...
Bronnen en referenties