Alexander Slingervoet Ramondt
Alexander Slingervoet Ramondt was chemicus, docent, fotograaf, schrijver, vertaler, een van de eerste Nederlandse Scoutingleiders en deelnemer aan de eerste Gilwelltraining.
Levensloop
Alexander Slingervoet Ramondt, werd geboren op 9 Augustus 1883 in Amsterdam. Na in Rotterdam de Lagere School en H. B. S. te hebben doorlopen, studeerde hij in Delft, waar hij in 1903 het ingenieurs-diploma behaalde. Hierop volgde een periode van praktisch werken aan een chemische fabriek in Hamburg, waarna hij als chemicus bij den Rotterdamse keuringsdienst werd aangesteld. In 1906 was hij werkzaam in Delft als assistent van prof. ter Meulen. Na een voorstudie van ongeveer anderhalf jaar in Duitsland, Oostenrijk en Engeland werd hij in 1908 bedrijfsleider van de N.V. Drukkerij „Senefelder" in Amsterdam. Deze werkkring duurde tot einde 1912, hoewel hij al sinds einde 1911 bij het Middelbaar Onderwijs in Amsterdam werkzaam was. Vanaf januari 1913 was hij leraar aan het Koninklijk Instituut v.d. Marine in Den Helder. Hij was ook actief als fotograaf[1] en was lid van de Vrijmetselaarsloge "Willem Frederik Karel" in Den Helder[2]. Hij trouwde op 22 juli 1926 in Assendelft met Nelly Gertruda Henriette Bierman[3].
Scouting
Gedurende zijn verblijf in Engeland in 1908/9 maakte hij kennis met enkele personen, die werkzaam waren bij de Boys’ Brigade waarvan hij verschillende bijeenkomsten bijwoonde, die hem zeer interesseerden. Met een deze personen bleef hij nog lang in correspondentie, ook toen de Engelsman planter in Australië werd, tot de oorlog kwam. Van de scouts zag hij in die tijd niet veel. Er was toen nog weinig van bekend, doch het brigade-werk legde de kiem tot zijn belangstelling voor jeugdwerk. Begin 1911 hoorde hij in Amsterdam van de NPO naar aanleiding waarvan hij in kennis kwam met de heer Gos de Voogt, die hem op allerlei wijze behulpzaam was en hem in kennis stelde met verschillende troepen waar hij veel fotografeerde en kennismakingen aanknoopte. In ’t bijzonder was hij in contact met de Amsterdamse troepen II en lII respectievelijk onder Quené en Konijnenburg. Al was hij toen officieus reeds ijverig in de beweging werkzaam, officieel was hij nog niet aan de padvinderij verbonden. In dien tijd schreef hij onder andere reeds in „De Padvinder”. Toen hij in 1913 in Den Helder ging wonen, werd hij gevraagd secretaris van de afdeling daar te worden. Leiding gaf hij slechts achter de schermen daar de onmiddellijke troepleiding in handen was van anderen, op ’t laatst in die van Hopman Ranneft. Na diens vertrek nam hij het leiderschap over. Hopman Slingervoet Ramondt is een van de leiders, die de geest van de beweging zuiver aanvoelen. Niet alleen bewees hij dat in zijn leiderslezingen: „Wat ons aantrekt inde padvinderij" en „Zijn we geschikt voor onze taak?" of in zijn uitstekende propaganda-rede, waarmede hij de Groninger fancy-fair opende, doch ook zijn werk onder de jongens in zijn zo moeilijke afdeling is daarvan een sprekende getuige. Hij hecht zeer veel waarde aan „persoonlijk werk", aan gesprekken onder 4 ogen en persoonlijk contact, aan het geven van grote verantwoordelijkheid aan de troepraad. Verder schreef hij als „De Professor” populair-wetenschappelijke artikelen voor het blad "De Padvinder"[4]. Hij was deelnemer aan de eerste Gilwelltraining.
Onderscheidingen en eretitels
- Ridder in de Orde van Oranje-Nassau (Nederland)[5]
Bronnen en referenties
- ↑ Lux; foto-tijdschrift, jrg 22, 1911, no 19, 01-10-1911
- ↑ Maçonniek weekblad; uitgaaf voor broeders, jrg 67, 1918, no 26, 29-06-1918
- ↑ BS Huwelijk
- ↑ De padvinder; algemeen orgaan voor de Vereeniging "De Nederlandsche Padvinders", jrg 6, 1920, no 6, 1920
- ↑ De ingenieur; Weekblad gewijd aan de techniek en de economie van openbare werken en nijverheid jrg 53, 1938, no 36, 09-09-1938