Alexander Slingervoet Ramondt
Alexander Slingervoet Ramondt was chemicus, docent, fotograaf, schrijver, vertaler, een van de eerste Nederlandse scoutingleiders en deelnemer aan de eerste Gilwelltraining.
Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]
Na in Rotterdam de Lagere School en Hoogere Burgerschool (HBS) te hebben doorlopen, studeerde hij in Delft, waar hij in 1903 het ingenieursdiploma behaalde. Hierop volgde een periode van praktisch werken aan een chemische fabriek in Hamburg, waarna hij als chemicus bij de Rotterdamse keuringsdienst werd aangesteld. In 1906 was hij werkzaam in Delft als assistent van professor Ter Meulen. Na een voorstudie van ongeveer anderhalf jaar in Duitsland, Oostenrijk en Engeland werd hij in 1908 bedrijfsleider van de N.V. Drukkerij Senefelder in Amsterdam. Deze werkkring duurde tot einde 1912, hoewel hij al sinds einde 1911 bij het Middelbaar Onderwijs in Amsterdam werkzaam was. Vanaf januari 1913 was hij leraar aan het Koninklijk Instituut voor de Marine in Den Helder. Hij was ook actief als fotograaf[1] en was lid van de vrijmetselaarsloge Willem Frederik Karel in Den Helder[2]. Hij trouwde op 22 juli 1926 in Assendelft met Nelly Gertruda Henriëtte Bierman[3]. Zij vertrok in 1934 naar haar familie in Aerdenhout en overleed nog hetzelfde jaar. Het huwelijk bleef kinderloos. Voor de jonge Harry Mulisch (schrijver) was de inmiddels gepensioneerde Slingervoet Ramondt de scheikundige autoriteit tegen wie hij opkeek, totdat de jonge chemiefanaat de wetenschapper tijdens de hongerwinter in erbarmelijke toestand aantrof: ‘Ja, ik had het gezien, en misschien was dat de genadeslag voor mijn chemie. Ook hij moest eten, zelfs ir. Slingervoet Ramondt had niet genoeg aan de wetenschap alleen[4].
Scouting[bewerken | brontekst bewerken]
Gedurende zijn verblijf in Engeland in 1908/9 maakte hij kennis met enkele personen, die werkzaam waren bij de Boys' Brigade, waarvan hij verschillende bijeenkomsten bijwoonde die hem zeer interesseerden. Met een die aanwezigen bleef hij nog lang in correspondentie, ook toen die Engelsman planter in Australië werd, tot de oorlog (Eerste Wereldoorlog) kwam. Van de scouts zag hij in die tijd niet veel. Er was toen nog weinig van bekend, doch het brigadewerk legde de kiem tot zijn belangstelling voor jeugdwerk. Begin 1911 hoorde hij in Amsterdam van de NPO, naar aanleiding waarvan hij in kennis kwam met de heer Gos de Voogt, die hem op allerlei wijze behulpzaam was en hem in kennis stelde met verschillende troepen waar hij veel fotografeerde en kennismakingen aanknoopte. In ’t bijzonder was hij in contact met de Amsterdamse troepen II en III, respectievelijk onder de respectievelijke leiding van de hoplieden Quené en Konijnenburg. Al was hij toen officieus reeds ijverig in de beweging werkzaam, officieel was hij nog niet aan de padvinderij verbonden. In die tijd schreef hij als „De Professor” populair wetenschappelijke artikelen voor het blad De Padvinder[5]. Toen hij in 1913 in Den Helder ging wonen, werd hij gevraagd secretaris van de afdeling Den Helder te worden. Leiding gaf hij slechts achter de schermen, daar de onmiddellijke troepleiding in handen was van anderen, op ’t laatst in die van hopman Ranneft. Na diens vertrek nam hij het leiderschap over. Hopman Slingervoet Ramondt was een van de leiders, die de geest van de beweging zuiver aanvoelde. Niet alleen bewees hij dat in zijn leiderslezingen: „Wat ons aantrekt in de padvinderij" en „Zijn we geschikt voor onze taak?" of in zijn uitstekende propagandarede, waarmee hij de Groninger fancy fair opende, maar ook zijn werk onder de jongens in zijn zo moeilijke afdeling was daarvan een sprekende getuige. Hij hechtte zeer veel waarde aan „persoonlijk werk", aan gesprekken onder vier ogen en persoonlijk contact en aan het geven van grote verantwoordelijkheid aan de troepraad. Hij was deelnemer aan de eerste Gilwelltraining.
Onderscheidingen en eretitels[bewerken | brontekst bewerken]
- Ridder in de Orde van Oranje-Nassau (Nederland)[6]
- In 1946 werd Groep 5 in Den Helder naar hem vernoemd[7].
Publicaties[bewerken | brontekst bewerken]
De volgende werken over Scouting van Alexander Slingervoet Ramondt zijn aanwezig in de Koninklijke Bibliotheek:
- Wat jongens zijn en hoe ze te leiden; Ingram, A.K; Coauteur Slingervoet Ramondt, A; Schaap, J.F. (Jr.); 1916
- Padvinderij: voordrachten gehouden te Amsterdam op 27 en 28 Mei 1916 in "Parkzicht" voor troepleiders; De geest in den troep; Wat ons aantrekt in de padvinderij; 1916
- Zijn wij geschikt voor onze taak? Slingervoet Ramondt, A; Nederlandsche Padvinders; 1921
- Leiderscursus ten dienste van leiders en toekomstige leiders der Vereeniging "De Nederlandsche Padvinders" / door C.P. Gunning, A. Slingervoet Ramondt en J.F. Schaap; 1921
Bronnen en referenties
- ↑ Lux; foto-tijdschrift, jrg 22, 1911, no 19, 01-10-1911
- ↑ Maçonniek weekblad; uitgaaf voor broeders, jrg 67, 1918, no 26, 29-06-1918
- ↑ BS Huwelijk
- ↑ Blom, I. L. (2011). Terugblikken: Nederlandse non-fictiefilms van rond 1900 (II). Tijdschrift voor Mediageschiedenis, 14(1), 49-73
- ↑ De padvinder; algemeen orgaan voor de Vereeniging "De Nederlandsche Padvinders", jrg 6, 1920, no 6, 1920
- ↑ De ingenieur; Weekblad gewijd aan de techniek en de economie van openbare werken en nijverheid jrg 53, 1938, no 36, 09-09-1938
- ↑ Scouting Jutters Willemsoord