Roeien

Scoutpedia.nl, dé Scouting wiki
Ga naar:navigatie, zoeken

Roeien is het voortbewegen van een boot met spierkracht door middel van riemen.

De bemanning

Er zijn een paar speciale posities: Een roeier moet sterk genoeg zijn om een riem op te tillen. Bij het roeien zitten de roeiers op een doft met de rug naar de vaarrichting. Er is een stuurman, deze zit of staat op het achterdek zo dat hij voldoende zicht heeft.

Slagroeier

De slagroeiers zitten als achterste roeiers in de vlet. Zij zitten met hun rug naar de overige roeiers, de anderen moeten exact hun tempo volgen. Het is de verantwoordelijkheid van de slagroeiers om gedurende het roeien een constant tempo te varen, en direct de commandos zoals door de stuurman gegeven op te volgen. De slagroeiers zijn vaak de meest ervaren roeiers in een boot.

Midroeier

De midroeiers zitten als middelste roeiers in de vlet.

De positie naast de zwaardkast is geschikt voor lichtere roeiers. Omdat de riem minder ver naar buiten hoeft te steken is de hefboomverhouding gunstiger.

Boegroeier

De boegroeiers zitten helemaal voorin de vlet. De boegroeiers zijn vaak de minst ervaren roeiers van een boot. Een lelievlet met wat oudere bemanning heeft vaak geen boegroeiers omdat de plek voor de boegroeiers redelijk krap is in een lelievlet, onder andere door de mastkoker. Alleen als er 'vol vermogen' geroeid moet worden bijvoorbeeld bij wegkomen van lagerwal of bij een sleep op stroom, is het de moeite.

Alle roei posities bezetten vereist dat er een volledige bemanning van 7 personen is en dat er voldoende goede roeiriemen zijn.

Slaapvlonder(s) op het voordek voorkomt onder-koeling.

Stuurman/stuurvrouw

De stuurman:

  • geeft roer
  • geeft de commando's
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.