Wesselgroep

Scoutpedia.nl, dé Scouting wiki
Ga naar:navigatie, zoeken
Wesselgroep
Logo Scouting Nederland.svg
Scouting Nederland
Regio Maasdelta
Admiraliteit Zuid-Hollandse Stromen
nr.
 2080 
Vlaardingen ­Zuid-Holland ­Nederland
Icon girl guide.svgIcon boy scout.svg Meisjes en Jongens
Opgericht
3 februari 1950
Oprichter(s)
Ria Pet-van der Wart  
Website
Bezig met het laden van de kaart...
51° 55' 6.38" N, 4° 19' 31.42" E
51.918438, 4.325395

RD:81 953-437 195
31U 591152m E 5752796m N

De Wesselgroep is een land- en waterscoutinggroep in Vlaardingen.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De groep werd opgericht op 4 september 1950 door Ria Pet-van der Wart (22 februari 1928 - 14 juli 2015). De groep heeft zowel landscouts als waterscouts.

Beginperiode[bewerken | brontekst bewerken]

In februari 1946 richtten zes jongens van rond de 18 de Eurekastam op onder leiding van oubaas Van de Roest. Tijdens een van de vele weekendtrips naar Soest werd een van de Voortrekkers, J. Pet, verliefd op akela Ria van de Hopman Mosselmangroep die voor hen het eten insloeg.

Na het huwelijk kwam in 1950 akela Ria Pet in Vlaardingen wonen en al binnen twee maanden richtte ze de Wesselgroep op, genoemd naar Louis Wessels. Het begon allemaal op een klein zoldertje aan het Emaus in Vlaardingen met een klein aantal jongens en meisjes maar tegen de Kerst liepen er al 24 welpen en een assistente mee. In februari 1951 kwam J. Pet terug uit Indonesië waar hij had gediend en richtte de verkenners op.

Bij gebrek aan een oubaas en vanwege het feit dat veel jongens dienstplichtig waren, werd de Eurekastam opgeheven.

De groep vond een nieuw onderkomen in een oude barak uit de Tweede Wereldoorlog maar moest daar in 1954 al vertrekken, omdat er op die plaats een kantine gebouwd zou worden. Na overleg met de gemeente werd een stuk grond aan de oever van de Nieuwe Maas ter beschikking gesteld waar verschillende groepen hun onderkomen vonden. In de zomer van 1954 was het groepshuis gereed na vele uren vrijwilligerswerk.

Op 27 augustus 1958 kwamen J. Pet samen met zijn moeder om het leven bij een aanrijding met een vrachtwagen. Akela Pet stond hierdoor alleen met haar twee jonge kinderen en de groep zonder groepsleider en hopman. Met veel creativiteit lukte het haar wel om de welpenhorde te blijven draaien, maar nadat in de kerstvakantie van 1958 het groepshuis door brandstichting volledig werd verwoest gaf de troepleider het op en zo bleven er alleen nog welpen over, zonder huisvesting.

Tijdens het welpenkamp van 1959 ging een oud-vaandrig Rinus Ouwerkerk mee als kookstaf. Hij werd zo enthousiast dat hij met de oudste welpen weer een troep vormde en groepsleider werd.

Ruim acht jaar lang heeft de Wesselgroep op straat gestaan en trok van de ene afgekeurde woning naar de andere. Zelfs heeft akela Pet nog in de stromende regen vier welpen geïnstalleerd in de muziektent in 't Hof. Gelukkig kon men in de laatste twee jaar van deze zwerftocht een kamertje van vier bij vier meter huren van de Katholieke Verkenners. Nu, dit was ook niet ideaal want het was er zeer benauwd. Eens vielen drie welpen flauw tijdens een installatie. Twee keer per week werd er insignewerk gedaan bij haar thuis in de Asterstraat.

Vanwege de aanleg van de Beneluxtunnel moesten ook de andere groepen weg van hun terrein aan de waterkant. De gemeente stelde een stuk grond beschikbaar dat deel uitmaakte van een oude boerderij in de Broekpolder. Op deze plek konden de groepen zich vestigen en zo ontstond het eerste heuse Scoutcentrum. De Wesselgroep had nog wel een probleem, want ondanks de subsidies en sponsoringen kwam de groep nog ƒ 20.000,- te kort voor de bouw, zo'n 60% van de totale kosten. De contributie was destijds maar ƒ 2,- per maand dus dat zette niet veel zoden aan de dijk. Met acties werd nog ƒ 900,- opgehaald en door eigen werkzaamheden konden kosten worden vermeden. Op de avond van 2 juni 1967 ging om zes uur de eerste spade de grond in en op 17 september 1967 werd het gebouw geopend door oubaas Van de Roest.

Gemengde welpenhorde[bewerken | brontekst bewerken]

In 1974 werd een tweede welpenhorde opgericht, de Combihorde. Deze horde verbrak de tot dan toe strenge scheiding van jongens en meisjes en dit werd met gemengde gevoelens ontvangen. Tegenwoordig is dit zeer normaal in Nederland.

Waterscouting[bewerken | brontekst bewerken]

In 1976 werd een nieuwe zeeverkennerstak opgericht, genoemd naar Jacob van der Windt. Deze gemengde wacht was ook een unicum in Nederland en er moest een nieuw woord voor bedacht worden. Zeeverkenners zijn namelijk uitsluitend jongens, waterpadvindsters alleen maar meisjes. De naam 'Waterscouting' werd bedacht en dit is inmiddels de officiële naam bij Scouting Nederland[1].

Vanaf de jaren '80[bewerken | brontekst bewerken]

Het jaar 1986 begint met een tegenslag, de zaterdagmorgenhorde moet opgeheven worden, er is gewoonweg geen leiding te krijgen. Niemand beseft dat dit ernstige gevolgen heeft, langzaam maar zeker wordt duidelijk dat er te weinig welpen overgaan naar de verkenners en waterscouts. In het ledenaantal wordt dit gemaskeerd door de oprichting van bevers (1986) en rowans (1988). Pas langzaam wordt duidelijk dat de continuïteit in gevaar komt. De waterscouts en verkenners dunnen uit en in 1991 wordt de opvolging van de leiding een acuut probleem.

Deze moeilijke periode werd afgesloten in 1994 met de opening van het nieuwe beverlokaal toen de groep weer groeiende was. Helaas moest de beverkolonie in 1999 weer opgeheven worden vanwege leidingtekort.

Het eerste decennium van deze eeuw bleven de ledenaantallen relatief laag, maar vanaf 2015 begonnen de ledenaantallen serieus te stijgen met de heroprichting van de Bevers, Scouts, Waterscouts en later Wilde Vaart. 2022 werd afgesloten met een ledenaantal dat meer dan twee keer hoger was dan 10 jaar ervoor.

Verhuizing[bewerken | brontekst bewerken]

Vanwege de bouw van de Blankenburgtunnel moest het Scoutcentrum verhuizen. Op 22 maart 2022 werd het nieuwe Scoutcentrum Vlaardingen aan de Watersportweg geopend. Aan deze verhuizing ging een traject van bijna 10 jaar vooraf.

Vrijwilligers hebben al die tijd gestreden voor het binnenharken van subsidies en fondsen en zo werden vier duurzame en toekomstbestendige gebouwen gerealiseerd. Een groot deel van de werkzaamheden werd bovendien uitgevoerd door de vrijwilligers van de groepen zelf om zo de kosten verder te drukken.

Speltakken[bewerken | brontekst bewerken]

De groep heeft de volgende speltakken:

  • Bevers
  • Zaterdagmorgenwelpen
  • De Combihorde
  • Scouts
  • Waterscouts
  • Explorers
  • Wilde Vaart Jacob van der Windt
  • A.P.L.V. Stam (Roverscouts)
  • Plusscouts

De Vloot[bewerken | brontekst bewerken]

Kano's

Enkele jaren en met veel plezier hebben onze kinderen tijdens het Vlaardingse loggerfestival met kano’s gespeeld. Als leiding zagen we na enige tijd wel in dat het varen met kano’s een welkome aanvulling op onze programma’s zou betekenen. Met name voor de jongsten, die nu eindelijk de kans krijgen zelfstandig te varen. En voor de ouderen een mogelijkheid om eens andere dingen te doen op het water. Na een avondje discussie zijn we op zoek gegaan naar kano’s en we kwamen terecht bij een kanoverhuurder in Brabant, die een deel van zijn vloot ging vervangen.Daar kochten we tien kano’s voor onszelf en we name er nog drie extra mee voor de Zeeverkenners de Geuzen.

De Colorado kano’s zijn gemaakt van Ram-X (polyethyleen) een weerbestendig en onderhoudsvriendelijk materiaal. Deze kano’s zijn onzinkbaar, stabiel en hebben een goede koersstabiliteit.

  • Lengte 530 cm
  • Breedte 94 cm
  • Capaciteit 363 kg
  • Gewicht 32 kg.

Het leuke is dat we nu op water varen dat we nog niet kenden en we met meerdere speltakken tegelijk wateravonturen kunnen beleven. Inmiddels worden de kano’s breed ingezet ook voor promotiedoeleinden gebruiken we ze.

Lelievletten

Samen met de 922 Otter waren zij de eerste lelievletten die de Wesselgroep in 1976 kon aanschaffen met hulp van een lening van “Jantje Beton”. Inmiddels zijn van alle schepen de zeilen vervangen, we kozen hierbij voor het Zeeuwse model dat slanker en hoger gesneden is. Die piek steekt ook wat hoger dan bij het traditionele Hollandse model.

  • 921 Orka (1976)
  • 922 Otter (1976)
  • 1147 Zeehond (1980)
  • 1626 Dolfijn (2007)
Spankers

De ervaring in de groep is dat kinderen in lichte boten sneller leren zeilen omdat ze directer reageren op (foute) handelingen. In tegenstelling hiermee zijn de oerdegelijke en zware stalen lelievletten in de vloot wel heel erg lomp en traag. De vlet is erg geschikt om de basisbeginselen te leren aan de niet-zeilers, want er kan niet gauw wat mis gaan.

  • Lengte over alles: 5.75 m
  • Grootste breedte: 1.89 m
  • Diepgang: 1.10 m
  • Oppervlakte grootzeil: ca 9.7 m²
  • Oppervlak genua: ca 6.2 m²
  • Oppervlak spinnaker: ca 15.0 m²
  • Oppervlak fok: ca 4.2 m²
  • Bouwwijze: hout of polyester
  • Bemanning; 2-5 personen
  • Ontwerper: E.G. van de Stadt
  • Erkende klasse: sinds 1961 (alleen houtbouw)
  • Nationale Autoriteit: KNWV
  • Klasseorganisatie: Spanker Klasse (alleen houtbouw)
Karpertrekker en Voortrekker

De sleper is een voormalige Oost-Duitse/Russische genieschip die dankzij vele honderden uren vrijwilligerswerk geschikt is gemaakt voor het zwaarste waterscoutingwerk. Het schip beschikt over een enorme voor- en achterwaartse trekkracht waardoor het mogelijk is de vletten van de waterscouts voortaan snel en veilig over grotere afstanden te verplaatsen. Dankzij de sleper kunnen traditionele locaties van de Vlaardingse waterscouts (Foppenplas en de 1 e Vliet) veel sneller worden bereikt. Zodoende is er meer tijd voor instructie en spel. Van origine zie je hier een heuse Oost Duitse/Russische genieschip. Er zaten wielen onder en een grote trekstang om hem het water uit te sjorren. De wielkasten hebben we dichtgemaakt en de trekstang ook erafgehaald. Zo bleef er iets over van een casco, waar we een opbouw op maakten en een nieuwe motor plaatsen. De motor, dat is een Detroit tweetaktdiesel van naar schatting 120 Pk. Het vaart wel bizar, omdat de schroefas op de waterlijn ligt en er een schroefastunnel omheen zit om geringe diepgang te krijgen. Met het varen moet je eerst flink gas geven om de tunnel vol te zuigen. Pas als die vol is krijg je voortstuwing. Als je aan de kant staat is het net of de stuurman niet goed wijs is. Het schip maakt eerst veel toeren om weg te komen. Bij het omschakelen naar achteruit neem je ook geen gas terug want dan loopt de tunnel leeg.

Activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

De groep doet mee aan ... en organiseert ...

Bronnen en referenties

Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.