Koorden
De scoutingprincipes van Robert Baden-Powell:
Behalve het mes/fluitkoord konden er ook koorden en snoeren behaald worden bij een combinatie van klasse-eisen en vaardigheidsinsignes. Deze werden gedragen om de rechterschouder. Alleen het hoogste koord en één snoer mocht worden gedragen
. Het is deel van het uniform
Koorden
(voor 1946 - jaren zestig)
Geel-groene koord
Verkenner eerste klas en tenminste 6 vaardigheidsinsignes.
Rood-witte koord
Kroonverkenner en tenminste 12 vaardigheidsinsignes.
Gouden koord
Kroonverkenner en tenminste 18 vaardigheidsinsignes.
Bij luchtverkenners mag hierbij één brevetinsigne voor modelbouw als vaardigheisinsigne worden meegeteld.
Van de koorden werd alleen het 'hoogste' koord gedragen. Wie bij voorbeeld het rood-witte koord droeg had niet meer het groen-gele koord. De afbeelding hiernaast is dus niet correct.
==Snoeren== (jaren zestig)
Leren woudloperssnoer
- Verkenner eerste klas
- trapperinsigne.
- één insigne van: bespieder, speurder of verkener.
- één insigne van: houthakker, kampeerder, natuurkenner, pionier, sterrekundige, weerkenner, woudloper of zwerver.
Blauwe zeevaarderssnoer
- Verkenner eerste klas.
- trapperinsine en zeilerinsigne.
- één insigne van: natuurkenner, schiemanner, sterrekundige, weerkenner of zeilmaker.
Blauwe luchtverkennerssnoer
- Verkenner eerste klas
- trapperinsigne.
- één insigne van: marconist, luchtvaartconstructeur, boordwerktuigkundige of sterrekundige.