Bewerken van Rudolph Zuyderhoff
Scoutpedia.nl, dé Scouting wiki
Waarschuwing
Je bent niet aangemeld. Jouw IP-adres wordt opgeslagen als je wijzigingen op deze pagina maakt.
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
| Huidige versie | Jouw tekst | ||
| Regel 16: | Regel 16: | ||
==Levensloop== | ==Levensloop== | ||
Hij ging naar de HBS in Rotterdam en vervolgens naar de Indische Instelling in Delft. In 1895 werd hij aangesteld in overheidsdienst in Nederlands-Indië. Hij trouwde in 1897 in Batavia met Constance Hélène van Motman (1875-1939), samen kregen ze drie kinderen. Hij werd in 1900 aangesteld als eerste commies bij Ministerie van Financiën in Batavia. Dat hij ook sociaal betrokken was bleek uit zijn benoeming in 1901 in de choleracommissie in Batavia. Zijn benoeming tot hoofdcommies volgde in 1902. Al in 1903 kreeg hij 2 jaar buitenlands verlof wegens ziekte (met echtgenote en kind) en in 1905 werd zijn verlof verlengd met een half jaar. In datzelfde jaar werd hij gedetacheerd bij het Ministerie van Koloniën en werd zijn verlof omgezet naar een duur naar zo lang als nodig is. Daar volgt zijn promotie in 1907 tot waarnemend referendaris en hoofd van de afdeling Comptabiliteit en later dat jaar volgde een definitieve benoeming. Ambtshalve nam hij zitting in 1910 in de interdepartementale commissie voor reis- en verblijfskosten. Hij was lid (benoemd bij K.B. van 19 juni 1912) van de Algemene Rekenkamer, van 22 juli 1912 tot 1 februari 1934. Schreef in 1918 het boek "De Rijks Directe Belastingen ; eenige beschouwingen, critiek en denkbeelden naar aanleiding van de aanhangige herzieningsvoorstellen". Hij trouwde in 1924 in Stuttgart met Rosalie Huebschle (1899-1984), samen kregen ze twee kinderen. Hij werd president van de Algemene Rekenkamer, van 1 februari 1934 tot 24 december 1944 (benoemd bij K.B. van 26 januari 1934) | Hij ging naar de HBS in Rotterdam en vervolgens naar de Indische Instelling in Delft. In 1895 werd hij aangesteld in overheidsdienst in Nederlands-Indië. Hij trouwde in 1897 in Batavia met Constance Hélène van Motman (1875-1939), samen kregen ze drie kinderen. Hij werd in 1900 aangesteld als eerste commies bij Ministerie van Financiën in Batavia. Dat hij ook sociaal betrokken was bleek uit zijn benoeming in 1901 in de choleracommissie in Batavia. Zijn benoeming tot hoofdcommies volgde in 1902. Al in 1903 kreeg hij 2 jaar buitenlands verlof wegens ziekte (met echtgenote en kind) en in 1905 werd zijn verlof verlengd met een half jaar. In datzelfde jaar werd hij gedetacheerd bij het Ministerie van Koloniën en werd zijn verlof omgezet naar een duur naar zo lang als nodig is. Daar volgt zijn promotie in 1907 tot waarnemend referendaris en hoofd van de afdeling Comptabiliteit en later dat jaar volgde een definitieve benoeming. Ambtshalve nam hij zitting in 1910 in de interdepartementale commissie voor reis- en verblijfskosten. Hij was lid (benoemd bij K.B. van 19 juni 1912) van de Algemene Rekenkamer, van 22 juli 1912 tot 1 februari 1934. Schreef in 1918 het boek "De Rijks Directe Belastingen ; eenige beschouwingen, critiek en denkbeelden naar aanleiding van de aanhangige herzieningsvoorstellen". Hij trouwde in 1924 in Stuttgart met Rosalie Huebschle (1899-1984), samen kregen ze twee kinderen. Hij werd president van de Algemene Rekenkamer, van 1 februari 1934 tot 24 december 1944 (benoemd bij K.B. van 26 januari 1934). Hij was bestuurder van de rechts-nationalistische Nationale Unie en sympathiseerde in 1938 openlijk met Nazi-Duitsland. In juni 1940 werd van hem een portret geschilderd door Willy Sluiter ter gelegenheid van zijn afscheid als voorzitter van de Vereniging Oost en West; dit portret bevindt zich in het Nationaal Archief. Vanaf september 1940 bleek hij ziek en was sinds 1942 niet meer in functie, maar bleef tot 1945 Rekenkamer-president. Hij werd begraven op 2 februari 1945 op Nieuw Eykenduynen in Den Haag. | ||
==Scouting== | ==Scouting== | ||
