Brigitta Mulock Houwer-Schottee de Vries
Brigitta Mulock Houwer-Schottee de Vries was lid van het hoofdbestuur van de Vereeniging Nederlandsch Indische Padvinders (NIPV).
Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]
Zij was de dochter van Jan Schottee de Vries, kapitein bij de Koninklijke Hollandsche Llloyd en Alida van Waalwijk[1]. Ze trouwde in 1921 in Amsterdam met Adriaan Willem Mulock Houwer (2 mei 1884, Goes). Ze hadden twee zoons, Jan (John) Mulock Houwer (12 januari 1922, Amsterdam) en Johannes Aleid (2 december 1928, Amsterdam) en een dochter Françoise Josephine (12 juli 1924, Amsterdam). Haar man was hoogleraar oogheelkunde te Batavia (nu Jakarta) en later oogpatholoog in het Ooglijdersgasthuis in Utrecht. Het gezin woonde voor de oorlog in Batavia.
Tijdens de Japanse bezetting werd ze met haar jongste twee kinderen geïnterneerd in kamp Tjideng. Op 22 februari 1945 ging haar jongste zoon naar kamp Baros 6 in Tjimahi. Dit kamp lag in het zuidelijk stadsdeel van Tjimahi, aan weerszijden van de Barosweg; het was achtereenvolgens krijgsgevangenkamp, vrouwenkamp en jongenskamp.
Zij woonde voor haar overlijden waarschijnlijk in Zeist[2].
Scouting[bewerken | brontekst bewerken]
Brigitta was vanaf 1939 lid van het hoofdbestuur van de Vereeniging Nederlandsch Indische Padvinders. Haar zoon Jan was scout bij groep Jong Holland, de Groene groep, in Batavia. Hij ging in 1937 naar de Wereldjamboree in Vogelenzang.