Jan Kooiman: verschil tussen versies
k (Opmaak refs) |
|||
| (9 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
| Regel 17: | Regel 17: | ||
'''{{PAGENAME}}''' was een Nederlandse officier en oud-burgemeester. Hij was lid van het hoofdbestuur van de [[Nederlandsche Padvindersbond]] en later van [[De Nederlandse Padvinders]]. | '''{{PAGENAME}}''' was een Nederlandse officier en oud-burgemeester. Hij was lid van het hoofdbestuur van de [[Nederlandsche Padvindersbond]] en later van [[De Nederlandse Padvinders]]. | ||
==Levensloop== | == Levensloop == | ||
Hij werd geboren op 18 april 1873 in Benschop, als zoon van de spoorwegbeambte Hendrik Kooiman en Cornelia Rietveld. Hij bracht zijn jeugdjaren in Gouda door. Aanvankelijk volgde hij een opleiding voor onderwijzer en koos later een militaire loopbaan. Hij trad op 17-jarige leeftijd in militaire dienst bij het toenmalige instructie-bataljon in Kampen. Hij werd leraar aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda en vervolgens werd hij tot kapitein bij den Generale Staf benoemd. Hij trouwde op 20 oktober 1897 te Gouda met Johanna Gerarda Bellaart (1875-1923), dochter van Pieter Johannes Bellaart en Gerarda Johanna Kortenoever. Kooiman hertrouwde op 16 oktober 1923 te Baarn met Jeannette Adrienne Angeline du Quesne van Bruchem (1895-1952), dochter van Jean Philippe Theodore du Quesne van Bruchem en dichteres Elisabeth Huberta (Lies) du Quesne van Bruchem-van Gogh (1859-1936), die een zus was van de kunstschilder Vincent van Gogh (1853-1890). Op 15 Mei 1921 sloot hij als luitenant-kolonel bij de Generale Staf zijn actieve militaire loopbaan af. In 1927 werd hem de rang van kolonel toegekend en verliet hij definitief de militaire dienst en werd burgemeester van Vledder. In 1932 volgde zijn benoeming tot burgemeester van Bergambacht en Ammerstol. Wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd werd hem in 1938 eervol ontslag verleend. Tijdens zijn ambtsperiode in Bergambacht-Ammerstol woonde hij in Gouda en ook na zijn pensionering bleef hij daar woonachtig. Grote verdiensten verwierf hij zich bij het tot stand komen van waterleidingbedrijf De Vijf Gemeenten, in de organisatie van de luchtbeschermingsdienst in de Krimpenerwaard, bij de Vereniging van Pluimveehouders in Nederland, bij de padvindersbeweging en de Bijzondere Vrijwillige Landstorm<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB32:164701035:mpeg21:a00094 Rotterdamsch nieuwsblad 13 | Hij werd geboren op 18 april 1873 in Benschop, als zoon van de spoorwegbeambte Hendrik Kooiman en Cornelia Rietveld. Hij bracht zijn jeugdjaren in Gouda door. Aanvankelijk volgde hij een opleiding voor onderwijzer en koos later een militaire loopbaan. Hij trad op 17-jarige leeftijd in militaire dienst bij het toenmalige instructie-bataljon in Kampen. Hij werd leraar aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda en vervolgens werd hij tot kapitein bij den Generale Staf benoemd. Hij trouwde op 20 oktober 1897 te Gouda met Johanna Gerarda Bellaart (1875-1923), dochter van Pieter Johannes Bellaart en Gerarda Johanna Kortenoever. Kooiman hertrouwde op 16 oktober 1923 te Baarn met Jeannette Adrienne Angeline du Quesne van Bruchem (1895-1952), dochter van Jean Philippe Theodore du Quesne van Bruchem en dichteres Elisabeth Huberta (Lies) du Quesne van Bruchem-van Gogh (1859-1936), die een zus was van de kunstschilder Vincent van Gogh (1853-1890). Op 15 Mei 1921 sloot hij als luitenant-kolonel bij de Generale Staf zijn actieve militaire loopbaan af. In 1927 werd hem de rang van kolonel toegekend en verliet hij definitief de militaire dienst en werd burgemeester van Vledder. In 1932 volgde zijn benoeming tot burgemeester van Bergambacht en Ammerstol. Wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd werd hem in 1938 eervol ontslag verleend. Tijdens zijn ambtsperiode in Bergambacht-Ammerstol woonde hij in Gouda en ook na zijn pensionering bleef hij daar woonachtig. Grote verdiensten verwierf hij zich bij het tot stand komen van waterleidingbedrijf De Vijf Gemeenten, in de organisatie van de luchtbeschermingsdienst in de Krimpenerwaard, bij de Vereniging van Pluimveehouders in Nederland, bij de padvindersbeweging en de Bijzondere Vrijwillige Landstorm<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB32:164701035:mpeg21:a00094 Rotterdamsch nieuwsblad 13 juni 1939]</ref>. | ||
==Scouting== | == Scouting == | ||
Tot 1913 was hij hoofdleider van de afdeling Breda, waarvan hij ook een van de oprichters was<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002322044:00011 De | Tot 1913 was hij hoofdleider van de afdeling Breda, waarvan hij ook een van de oprichters was<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002322044:00011 De Padvinder, jrg 3, 1913, no 147, 1 november 1913]</ref>. In 1914 is hij secretaris in het dagelijks- en hoofdbestuur van de [[NPB]]<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002311001:00015 Het Padvindersblad, jrg 1, 1914-1915, no 1, 5 juni 1914]</ref>. Na de fusie met de NPO werd hij lid van het hoofdbestuur van de [[NPV]]<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002313029:00004 Het Padvindersblad, jrg 2, 1915-1916, no 29, 17 december 1915]</ref>. In 1918 werd hij commissaris voor oud-padvinders<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:001552010:00012 De Padvinder, jrg 4, 1918, no 45, 1918]</ref> en hopman van [[Troep II (Amersfoort)|Troep II]] in Amersfoort<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:001552006:00031 De Padvinder, jrg 4, 1918, no 41, 1918]</ref>. In 1920 werd hij verkozen tot ondervoorzitter van het hoofdbestuur van de NPV en werd besloten dat hij volgens het rooster in 1922 zou aftreden<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB14:002290002:00034 De Padvinder, jrg 6, 1920, no 2, 1920]</ref>. | ||
==Onderscheidingen en eretitels== | == Onderscheidingen en eretitels == | ||
* Ridder in de Orde van Oranje-Nassau | * Ridder in de Orde van Oranje-Nassau | ||
* Kruis van 25-jarige trouwe militaire dienst (Officierskruis) | * Kruis van 25-jarige trouwe militaire dienst (Officierskruis) | ||
| Regel 33: | Regel 33: | ||
{{beg}} | {{beg}} | ||
{{DEFAULTSORT: Kooiman, Jan}} | {{DEFAULTSORT: Kooiman, Jan}} | ||
[[Categorie:Persoon uit de scoutinggeschiedenis]] | |||
[[Categorie: Persoon uit de scoutinggeschiedenis]] | |||
Huidige versie van 21 apr 2024 om 12:00
Jan Kooiman was een Nederlandse officier en oud-burgemeester. Hij was lid van het hoofdbestuur van de Nederlandsche Padvindersbond en later van De Nederlandse Padvinders.
Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]
Hij werd geboren op 18 april 1873 in Benschop, als zoon van de spoorwegbeambte Hendrik Kooiman en Cornelia Rietveld. Hij bracht zijn jeugdjaren in Gouda door. Aanvankelijk volgde hij een opleiding voor onderwijzer en koos later een militaire loopbaan. Hij trad op 17-jarige leeftijd in militaire dienst bij het toenmalige instructie-bataljon in Kampen. Hij werd leraar aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda en vervolgens werd hij tot kapitein bij den Generale Staf benoemd. Hij trouwde op 20 oktober 1897 te Gouda met Johanna Gerarda Bellaart (1875-1923), dochter van Pieter Johannes Bellaart en Gerarda Johanna Kortenoever. Kooiman hertrouwde op 16 oktober 1923 te Baarn met Jeannette Adrienne Angeline du Quesne van Bruchem (1895-1952), dochter van Jean Philippe Theodore du Quesne van Bruchem en dichteres Elisabeth Huberta (Lies) du Quesne van Bruchem-van Gogh (1859-1936), die een zus was van de kunstschilder Vincent van Gogh (1853-1890). Op 15 Mei 1921 sloot hij als luitenant-kolonel bij de Generale Staf zijn actieve militaire loopbaan af. In 1927 werd hem de rang van kolonel toegekend en verliet hij definitief de militaire dienst en werd burgemeester van Vledder. In 1932 volgde zijn benoeming tot burgemeester van Bergambacht en Ammerstol. Wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd werd hem in 1938 eervol ontslag verleend. Tijdens zijn ambtsperiode in Bergambacht-Ammerstol woonde hij in Gouda en ook na zijn pensionering bleef hij daar woonachtig. Grote verdiensten verwierf hij zich bij het tot stand komen van waterleidingbedrijf De Vijf Gemeenten, in de organisatie van de luchtbeschermingsdienst in de Krimpenerwaard, bij de Vereniging van Pluimveehouders in Nederland, bij de padvindersbeweging en de Bijzondere Vrijwillige Landstorm[1].
Scouting[bewerken | brontekst bewerken]
Tot 1913 was hij hoofdleider van de afdeling Breda, waarvan hij ook een van de oprichters was[2]. In 1914 is hij secretaris in het dagelijks- en hoofdbestuur van de NPB[3]. Na de fusie met de NPO werd hij lid van het hoofdbestuur van de NPV[4]. In 1918 werd hij commissaris voor oud-padvinders[5] en hopman van Troep II in Amersfoort[6]. In 1920 werd hij verkozen tot ondervoorzitter van het hoofdbestuur van de NPV en werd besloten dat hij volgens het rooster in 1922 zou aftreden[7].
Onderscheidingen en eretitels[bewerken | brontekst bewerken]
- Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
- Kruis van 25-jarige trouwe militaire dienst (Officierskruis)
- Mobilisatiekruis
Bronnen en referenties
- Het artikel Jan Kooiman (burgemeester) op de Nederlandse Wikipedia
- ↑ Rotterdamsch nieuwsblad 13 juni 1939
- ↑ De Padvinder, jrg 3, 1913, no 147, 1 november 1913
- ↑ Het Padvindersblad, jrg 1, 1914-1915, no 1, 5 juni 1914
- ↑ Het Padvindersblad, jrg 2, 1915-1916, no 29, 17 december 1915
- ↑ De Padvinder, jrg 4, 1918, no 45, 1918
- ↑ De Padvinder, jrg 4, 1918, no 41, 1918
- ↑ De Padvinder, jrg 6, 1920, no 2, 1920
